We praten niet over de dood, we praten over doorleven.

Geschreven door Annette van de Wetering, Dela.

Daar zitten ze dan om de tafel: twee dames met een missie. Nihal vanuit haar beroep als zelfstandig Financieel Planner en Nalatenschapsadviseur, Astrid als accountmanager bij ’s lands grootste uitvaartmaatschappij. Wat hen verbindt is de wil om mensen te laten praten over doorleven na de dood. Erover praten moet een gewoonte worden, is hun missie.

Praten over de dood wordt als één van de moeilijkste onderwerpen ervaren in de Westerse samenleving. Best wel gek als je je realiseert dat het ons allemaal ooit gaat overkomen. En toch willen we er niet over nadenken. Waarom niet? Dat antwoord is zo eenvoudig als de vraag: het maakt ons verdrietig. Daarnaast spreken we er liever niet over want stel dat we hierdoor rampspoed over onszelf afroepen. Dus stellen we het gesprek liever uit.

Toch is het een onderwerp dat alle aandacht verdient. Want als je iemand vraagt wat of wie het belangrijkste in het leven is, dan staat ‘familie’ of meer specifiek ‘het gezin’ altijd in de top 3. Als deze mensen zo dicht bij ons zo belangrijk voor ons zijn, dan wil je juist voor deze mensen zaken goed geregeld hebben. In goede en slechte tijden.

Niet wachten tot het te laat is

Nihal spreekt uit eigen ervaring als het gaat om het uitstellen van het gesprek. Al op jonge leeftijd verloor zij haar vader na een kort ziekbed. “Gelukkig hadden wij nog de tijd om met mijn vader te praten over zijn wensen. Niet alleen met betrekking tot zijn uitvaart, maar ook over wat hij wilde achterlaten. Hoe hij wilde dat het met onze moeder zou vergaan. Wij hebben de extra tijd met beide handen aangepakt om samen te praten over zijn verlangens. Toen beseften we hoe belangrijk dat was. Waarom hadden we dat nooit eerder gedaan?”

Astrid herkent hoe lastig het is om hierover te praten. Twee jaar geleden is haar relatie beëindigd maar diverse zaken zijn nog steeds niet afgehandeld: “Het is ingewikkeld en het is ook nog eens met je ex. Wij moeten om de tafel om te praten over het voogdijschap van onze dochter als we komen te overlijden. Ik merk dat ik het gesprek uitstel omdat ik me afvraag of we het daar wel eens over worden. Wat als het niet lukt?” Terwijl Nihal naar Astrid luistert kruipt ze van nature in haar rol als gesprekspartner. “Ik begrijp je helemaal, Astrid. Vaak maken we ons ongerust over wat de ander er misschien van vindt. Maar dat hoeft niet zo te zijn. Misschien loopt de ander met hetzelfde idee maar durft ook niet het contact aan te gaan. Daarom adviseer ik mensen ook om het gesprek leuk te maken. Doe een borreltje, of ga samen eten. Vaak vindt de ander het fijn als je erover begint. Want je wilt tenslotte allebei het beste voor je kind”.

Hoe willen we elkaar achterlaten?

Twee mensen, en al twee voorbeelden over hoe lastig het onderwerp leven na de dood kan zijn. Niet alleen hun eigen ervaringen, maar ook verhalen uit hun werk hebben Astrid en Nihal ervan overtuigd dat er meer aandacht moet komen voor dit onderwerp. Astrid: “Corona heeft veel mensen aan het denken gezet. Mensen realiseerden zich dat ze kwetsbaar zijn. Vooral bij jongeren zagen we een grote groei in de bewustwording van overlijden. En daarmee ook de interesse in een uitvaartverzekering. Sec gezien is dat een hele pragmatische oplossing. Het geeft mede aan dat er pas wordt nagedacht als er iets gebeurt. Wij streven ernaar dat praten over leven na de dood er altijd mag zijn”.

Nihal ervaart dagelijks in haar werk hoe mensen stoeien met dit onderwerp: “Mensen vinden het moeilijk om hierover met hun ouders te praten omdat zij zouden kunnen denken dat het om het geld gaat. Terwijl er vaak een andere reden aan ten grondslag ligt. Ze willen bijvoorbeeld dat de overblijvende ouder in het koophuis kan blijven wonen en niet dat hij of zij de woning moet verkopen omdat het inkomen te laag zou zijn. Door vooraf hierover te praten kun je voorkomen dat je in een dergelijke situatie terechtkomt”.

Emotie en pragmatisme kunnen botsen

Praten over de dood is veel meer dan praten over praktische zaken, het gaat ook over voor elkaar zorgen. Dat maakt het gesprek wellicht zo uitdagend. Het is tegelijkertijd pragmatisch en emotioneel. Die twee gevoelens kunnen met elkaar botsen. Astrid en Nihal benadrukken dat het juist daarom zo belangrijk is om dit gesprek met elkaar aan te gaan als iedereen nog in goede gezondheid is. Astrid gaat zelf nog een stapje verder: “Bij voorkeur vindt dit gesprek plaats samen met de kinderen. Zodat iedereen vooraf weet waarom bepaalde keuzes worden gemaakt en wat dat voor iedereen betekent. Dit kan teleurstelling en ruzie voorkomen”.

Nihal heeft een dergelijke situatie nu bij de hand: “Ik begeleid een gezin waarbij vader tien jaar geleden is overleden. Moeder woont nog in het huis. De kinderen maken ruzie over de erfenis. Dat brengt de moeder in een zeer lastige positie, want zij wil de familiebanden goed houden. Alleen, wie zorgt er voor haar? Misschien hebben de kinderen geen erfenis, maar aan de andere kant, wat als de moeder geld nodig heeft voor zorgkosten? De ene wil in het huis komen wonen omdat vader dit toegezegd zou hebben. De ander wil een financiële afrekening. Constant is geld een onderwerp. Bij ieder feest komt het op tafel. Of het nu Kerst of Sinterklaas is. Je hebt hier te maken met financiële gevolgen, maar vooral ook met de emotionele”.

Astrid en Nihal zijn de eersten die onderkennen dat een gesprek aangaan over hoe verder te leven na de dood, moeilijk kan zijn. Het uitnodigen van een onafhankelijke derde bij een dergelijk gesprek kan soelaas bieden. Als financial planner weet Nihal als geen ander hoe dit werkt. “Het is mijn taak om duidelijk boven water te krijgen wat ieders wensen zijn. Zowel financieel als emotioneel. Dat betekent veel vragen stellen, doorvragen, en goed luisteren.
Hoe wil jij dat ik jou achterlaat? Het zijn gesprekken die in stapjes gaan. Gun mensen de rust om hierover na te denken. Laat het even bezinken”.

Samengestelde gezinnen hebben soms tegengestelde wensen

Gesprekken over doorleven na de dood zijn de afgelopen jaren veranderd. Een belangrijke reden hiervoor is de toename van samengestelde gezinnen. Daardoor kunnen wensen uiteenlopen. Het is zaak om deze wensen uit te spreken en te kijken hoe hieraan voldaan kan worden. Nihal: “Zo ken ik een stel waar het leeftijdsverschil heel groot is. Meer dan 20 jaar. De vader, die twee kinderen heeft uit een eerder huwelijk, wil zijn kinderen niet heel lang laten ‘wachten’ op hun erfenis na zijn overlijden. Maar hij wil zijn vrouw ook netjes achterlaten. Zo wil hij voorkomen dat zij het huis zou moeten verkopen om de erfenis voor zijn kinderen te kunnen betalen. Het helpt om hier vooraf over na te denken en samen over te praten. Zo behoed je elkaar voor financiële zorgen in een tijd waar juist ruimte voor afscheid en verdriet zou moeten zijn”.

Het mag er zijn, praten over dood

De boodschap van de dames is helder: hoe meer je vooraf regelt, hoe beter het is. Om leed achteraf te voorkomen, is het zaak om vooraf te investeren. Een advies dat losstaat van culturele achtergrond, gender of leeftijd. Iedereen wil tenslotte dat er geen ruzie in de familie komt, dat de kinderen goed achterblijven, dat er financiële rust is.

Heb je vragen over het voorbeeld hierboven, jouw persoonlijke situatie of heb je net te maken met een (toekomstig) overlijden? Blijf dan niet in onzekerheid en stel hier jouw vraag of maak een kennismakingsafspraak: persoonlijk of virtueel/telefonisch .

Heb je andere onderwerpen/vragen die je graag in een blog wil teruglezen, dan houden wij ons aanbevolen. Laat hier jouw leesonderwerp weten!